Hallo iedereen :)
Eindelijk had ik nog eens een uitstap voor de boeg. Deze
keer naar Galibi en Frans Guyana. Om 07.45u 's morgens werd ik verwacht aan 'T
Vat waar we met de groep zouden vertrekken met de bus. Ik had de dag op
voorhand al een taxi gereserveerd zodat we geen problemen zouden hebben met een
taxi te bereiken.
Om 07.15u had ik gereserveerd, maar toen we aan het wachten
waren, werd het al snel duidelijk dat de taxi niet zou komen opdagen. Na meer
dan 20 keer bellen en 20 keer een bezettoon te horen, kreeg ik uiteindelijk een
taxi te pakken. Het was ondertussen al 08.00u. Meer dan 40 minuten wachten in
de gietende regen en bovendien ook onweer is absoluut geen pretje. Toen we
aankwamen waren we de eersten. Ook de rest van de groep had vertraging
opgelopen door het regenweer en de taxi. Om 09.30u vertrokken we uiteindelijk.
Toen we bijna de stad uit waren, kwam de gids erachter dat we twee stagiaires
mee hadden die eigenlijk niet geboekt hadden bij ons, maar bij een andere
touroperator. Het was een grote chaos en de andere touroperator verplichtte
onze chauffeur om terug naar de stad te rijden om de stagiaires af te zetten en
de twee juiste mensen mee te hebben. Na de vertraging met de taxi's was er dus
ook nog een uur vertraging door dit. Uiteindelijk is de bus vetrokken om
10.30u. Heel wat later dan effectief gepland.
De bus reed terug de stad uit
richting Commewijne. Het dorp aan de overkant van de Surinamerivier. Daar
maakten we even een tussenstop voor vrolijke drankjes en iets lekkers. Daarna
reed de bus door naar het volgende dorp waar we stopten om te ontbijten. Het
regende nog steeds heel hard, maar gelukkig konden we plaatsnemen in een hut
waar we droog zaten.
Onder een droog strooien dakje genoten we van een lekker ontbijt dat bestond uit: een broodje kaas, een broodje ongeboren kip (ei), thee en koffie.
Op de heenweg reed de bus langs Moiwana. Een dorp waar in
2007 heel wat mensen zijn uitgemoord. Er is een monument geplaatst ter
nagedachtenis van de slachtoffers. Heel mooi om deze plaats te bezichtigen. Er
zijn torens geplaatst in verschillende groottes. Deze geven de leeftijden weer
van de mensen die daar zijn overleden. Er was zelfs een steen te zien van een
erg jong kindje. De zuilen zijn gekenmerkt met het Afaka schrift die de
eigenschappen weergeven van hun.
We kwamen aan in Albina. De plaats waar we de boot zouden
nemen richting Galibi. Even tussendoor namen we de boot richting Frans Guyana
(St. Laurent) waar ik enkele zaken in orde moest maken voor de verlenging van
mijn visum. Gelukkig ging één van de gidsen mee om te assisteren. De boottocht
duurde niet lang. We gingen richting de controlepost om een stempel te krijgen
in het paspoort.
De volgende stop was een kantoor voor het aanvragen van een
toeristenkaart waarmee ik terug Suriname in zou kunnen gaan. Er was weinig volk
dus het duurde niet lang voor dit allemaal geregeld was. Daarna moest ik terug
op de boot om naar de rest van de groep te gaan die stond te wachten in Albina.
Daar stapte ik over op een andere boot die richting Galibi ging varen. Het was
een spectaculaire, maar angstaanjagende boottocht. Het regende nog steeds hevig
en het water was op sommige momenten wild. Gelukkig was ik voorzien van een
regenjas en een paraplu zodat ik mezelf kon beschermen en niet te nat zou
worden. Het stopte even met regenen toen de boot aanmeerde in Galibi. Dat is
natuurlijk handig want de rugzakken en de andere materialen moesten uitgeladen
worden om naar de verblijfplaats te brengen.
Onze verblijfplaats voor 2 dagen. We logeerden tussen de lokale bevolking. Back to basic.
Het regende nog steeds super hard. Ik had schrik dat onze zoektocht naar zeeschildpadden volledig in het water zou vallen...
de keuken
Je kon slapen in een hangmat of in één van de kamers van het huis.
De trouwe bewaker van de hangmatten :)
We sliepen in mooie kamers. De plaatselijke bevolking geven kamers vrij voor toeristen. Wat is er mooier dan gewoon middenin het dorpje te slapen, tussen de lokale bevolking? De mensen waren heel gastvrij en vriendelijk.
Het uitzicht vanuit ons huisje.
Voor de avondwandeling maakte ik nog even kennis met de
papegaai van de buren. Ik had eerst een beetje bang om hem te aaien, maar hij
was heel lief en beet niet. Het beestjes is nog maar drie maanden oud, maar al
flink getraind! Hij genoot van de 'aaikes'.
Vlug een snelle maaltijd achter de kiezen voor de avondwandeling :)
We kregen ook bezoek van een neushoornkever. Op de foto
lijkt het absoluut niet groot, maar het had zeker de grootte van een
schuursponsje. Het beestje dankt zijn naam aan de relatief grote hoornachtige
stekel op de kop van een mannetje. Deze verharde hoorn wordt gebruikt om
concurrenten omver te duwen en dient niet ter verdediging.
Iedereen had de keuze om al dan niet mee te gaan met de
avondswandeling. Het leek mij wel leuk om te doen aangezien ik al bijna een
volledig dag had gezeten en graag mijn benen is wou strekken. Galibi is een
dorp in het district Marowijne en ligt aan de monding van de Marowijnerivier op
de grens met Frans Guyana. Het is een dorp bestaande uit twee dorpskernen:
Christiaancondre en Langemankondre.
Ik verbleef in Christiaancondre, genoemd
naar Christiaan wiens vader de stichter zou geweest zijn eind 19de eeuw. De
naam Langemankondre komt van een lange slanke kapitein die door zijn vrienden
de bijnaam Langeman kreeg. Galibi is geisolleerd gebouwd op een zandrits die
ongeveer 5 km lang en 8oo m breed is. Het is omgeven door de Atlantische Oceaan
en de Marowijnerivier.
Iedereen voorzien van een regenuitrusting. De gids gaf ons de nodige uitleg.
Galibi wordt bevolkt door een unieke indianengemeenschap. Er
wonen ongeveer 1000 mensen die voornamelijk van visvangst en toerisme leven.
Het toerisme in het dorp is beperkt en voornamelijke toegespitst op het bezoek
aan de zeeschildpadden die er op de stranden van het Galibi natuurreservaat
komen broeden. Buiten het broedseizoen wordt Galibi weinig tot niet bezocht
door toeristen.
Het dorp is een van de kernen van het werkgebied gekoppeld
aan de stedenband tussen Kokzijde in België en Galibi in Albina. Deze
stedenband werd in 2008 gestart en ondertussen werden al heel wat resultaten
geboekt in deze samenwerking. Kokzijde heeft geholpen met het aanleggen van een
waterzuiveringscentrale voor beide dorpskernen. Het water is bedoeld als
drinkwater en om te baden.
Iedereen was goed ingepakt tegen de regen.
Ik zag eruit als een echte toerist. Altijd voorzien op alles :)
Er zijn heel wat mooie dingen te zien in het dorp. De hutten
stralen een gevoel van warmte en gezelligheid uit. Alles is ook aanwezig in
Galibi: een bakkerij, een kleine supermarkt, een souvenierswinkeltje, een
bibliotheek, de kerk en ook een school.
Hieronder een foto van de lokale bakkerij waar casavebroden
worden gemaakt door de oudste vrouw van het dorp. De broden hebben een speciale
smaak en niet iedereen lust dit even graag. De casave wordt geraspt waarbij al
veel van het giftige sap wegdruipt. Daarna wordt het in een pers gehangen
waardoor al het sap eruit trekt. De inhoud van die pers wordt vermalen tot
fijne kruimels die als een soort pannenkoek gebakken worden tot casavebrood.
de rasp
Het oudste vrouwtje van het dorp. Zij maakt nog op de traditionele manier het casave brood.
De mensen hebben hier overdag geen elektriciteit. Ze maken voor om op te koken en zich te verwarmen.
Het
souvenirswinkeltje: Worian Uwaponaka waar ik een leuk aandenken kocht om mee te
nemen naar huis. De spulletjes (vooral armbanden, kettingen en versierde
kokkosnootschillen) worden met de hand gemaakt door de lokale inwoners. Hun
naam wordt hieraan gehangen zodat de verkoopster weet van wie welk souvenir is.
De verkoopster schrijft dit op wanneer er iets gekocht wordt en het geld gaat
daarna naar de persoon die het gemaakt heeft. Meestal zijn dit de vrouwen van
het dorp die deze dingen maken.
De school werd in 1925 opgericht door pater Morsen. Er stond
toen een eenvoudig gebouw bestaande uit palmbladeren en hout. In de jaren 60
werd er een stenen gebouw gezet.
Een blik in de klaslokaaltjes.
De dokterspraktijk en de kleine apotheek in het dorpje. Zoals je kan zien is de voorraad medicijnen helemaal niet zo uitgebreid zoals wij gewoon zijn in België.
De voorraad medicijnen.
Onze gidsen druk aan het werk met het avondmaal :)
De wandeling zat er op en er stond mij lekkere saoto soep te
wachten. Het is een maaltijdsoep met rijst, kip, een soort van steppegras,
sojascheuten en ei. Een heerlijke maaltijd om op te warmen bij het toch wel
koude weer.
Hmmm!
En dan was het eindelijk zover! Zeeschilpadden spotten in
het donker. Ik kleedde mij warm aan, nam mijn paraplu en regenjas en ik stapte
in de boot. Het was wel een beetje eng zo op het wilde water want niemand mocht
met een zaklamp schijnen aangezien dit de bootsman zou verblinden. Ook op het
strand mocht er niet met een zaklamp geschenen worden omdat dit de
zeeschildpadden zou afschrikken. De boot kon niet volledig aanmeren op het
strand dus mijn lange broek werd nat van door het water te lopen. Ideaal voor
die vervelende muggen dus...
Met de gids voorop liepen we langs de waterkant op zoek naar
sporen van grote schildpadden. Ze laten precies een tractorspoor achter
waardoor het gemakkelijk te zien is in welke richting ze zijn gegaan. Even wat
boeiende informatie over de schildpadden en hun broedmoment.
Zeeschildpadden zijn een familie van grote schildpadden die
in alle tropische en in sommige subtropische en gematigde zeeën voorkomen.
Wereldwijd komen er zes soorten voor waarvan er minstens vijf bedreigd zijn.
Zeeschildpadden zijn ongeveer 120 miljoen jaar gleden ontstaan uit schildpadden
die meer op het land leefden. Ze zijn zeer goed aangepast aan het leven in de
zee. Ze moeten regelmatig ademhalen, maar in rust kan de schildpad lange tijd
onder water blijven. Hij kan tot wel 30km per uur zwemmen. De meesten soorten
kunnen enorme afstanden afleggen, waarbij ze gebruik maken van het magnetisch
veld van de aarde en de stroming van de zee.
De soorten die voorkomen in Galibi zijn:
De Krapé (Soepschildpad): 110 cm lang, 80cm breed,
160-250kg. Eet voornamelijk zeegras, zeewier en algen.
foto van het internet
De Leatherback: 180 cm lang, +- 1000kg. Het schild
heeft een lederachtige laag met zeven richels. Eet voornamelijk kwallen.
foto van het internet
De vijanden van zeeschildpadden zijn grote rovende vissen,
maar jonge dieren worden ook vaak door watervogels als meeuwen uit het water
gepikt. Hun eieren worden vaak uitgegraven door diverse dieren door zoals
bijvoorbeeld de wasbeer. Volwassen zeeschildpadden zijn vaak langer dan een
meter en hebben weinig natuurlijke vijanden. De grootste bedreiging voor hen is
de mens die op hen jaagt voor hun vlees, vet en schilden. De dieren komen ook
weleens terecht in losse visnetten of stikken ze in door de mens achtergelaten
rommel in de zee. Ook het kleiner worden van nestplaatsen is een belangrijke
bedreiging, evenals als de bebouwing in de buurt hiervan. Het licht dat wordt
verspreid door bebouwing zorgt ervoor dat de net uitgekomen schildpadjes, met
name 's nachts, in de war raken. Hierdoor gaan ze niet naar de zee, maar volgen
ze het licht en gaan ze de andere kant op waar ze geen schijn van kans
maken.
De paring vindt plaats in zee, waarbij de schildpadden
elkaar in de nek bijten. Om de 1 a 2 jaar komen de wijfjes naar het strand om
eieren te leggen. Ze zijn zeer kieskeurig in het strandkeuze en gaan altijd
terug naar het gebied waar ze zelf ooit geboren waren, op enkele soorten na. Op
zandstranden graaft het wijfje met haar flipperachtige achterpoten een kuil van
30 tot 50 cm diep en deponeert daarin haar 100 tot 110 eieren. Tijdens het
afzetten van de eieren geraakt ze in een soort trance waardoor ze makkelijk
benadert kan worden. Stropers gebruiken dit moment om de eiren op te vangen
voor verkoop, natuurbeschermers om de eieren veilig te stellen of ze elders op
te kweken tot jonge schildpadjes. Als het vrouwtje weer bijkomt, gooit ze de
kuil dicht en kruipt ze terug naar zee. Na het uitkomen trekken de jonge
zeeschildpadden direct naar het water. Vermoedelijk is het niet de zee die ze
herkennen en waardoor ze aangetrokken worden, maar juist de donkere duinen die
ze afstoot en ze de andere kant doen opgaan. Het grootste deel van hen wordt
binnen korte tijd verschalkt door vissen, vogels en nog andere dieren die nog
graag jonge en zachte schildpadjes eten.
Toen we wandelden over het strand zagen we een Soepschildpad
uit het water komen om in het zand haar eieren te leggen. Een prachtig beest,
maar ik kon jammer genoeg geen foto maken omdat we moesten doorwandelen. Als de
groep bleef staan, durfde de schildpad niet meer aan land te komen. De gids
besloot om nog verder rond te kijken zodat de schildpad in alle rust haar kuil
kon graven om haar eieren in te leggen.
We kwamen verder geen schildpadden
tegen tot opeens een gids zei dat Sara en ik in alle stilte moesten
meekomen. Hij kon dit niet aan de volledige groep vragen aangezien dit te druk
zou zijn. We slopen stiekem weg van de groep om zogezegd te gaan plassen, maar
gingen gewoon naar de gids toe aangezien hij een schildpad had gezien. Vooraf
werd ons gezegd om geen foto's te maken met flits aangezien dit de dieren
afschrikt. Toch kregen we de kans om één foto te maken van de mooie
schildpadden. Ik ben blij dat ik toch een foto heb kunnen maken van dit prachtige
tafereel want het is echt moeilijk om dit in het donker te doen!
Daarna wandelden we stiekem terug naar de groep. Zij stonden
te wachten dicht bij de andere zeeschildpad die we uit het water hadden zien
komen. Zij was bezig met het graven van een kuil om de eieren in de leggen. Toen
was het zover! We mochten in groepjes van twee snel even gaan kijken hoe de
eieren gelegd werden. Wat een unieke ervaring om mee te maken! Ik had nooit
gedacht dat ik dit ooit zou zien. Het was zo mooi en zeker iets wat me altijd
zal bijblijven. Om het dier niet te storen maakte ik een filmpje.
De groep maakte er bij terugkomst nog een leuke avond vak
met de lekkere en bekende cocktail van Eduardo, de kok (en gids). Een cocktail
op basis van watermeloen en Borgoe (rum). Niet te sterk en heel lekker.
Sommigen dansten nog op de muziek en ik genoot van het gezellig samenzijn met
de anderen. Gewoon genieten van de regenachtige, maar prachtige dag. Voor ik
het wist was het 03.00u 's nachts en kroop ik toch stilaan mijn bedje in. Het
beloofde een korte nacht te worden.
Zaterdag (30/04/2016)
Om 07.00u ging de wekker af. Ik hoorde geen regen tikken op
het dak dus het beloofde een mooie dag te worden. Voor het ontbijt van 08.00u
wou ik nog een korte wandeling maken door het dorp omdat dit toch anders is dan
in de regen. Sara en ik liepen richting de waterkant om nog enkele mooie
foto's te maken.
Er stond een lekker ontbijt te wachten met vers fruit.
Heerlijk op zo'n warme dag. Vitamientjes opdoen voor de lange rit terug naar
Paramaribo. Ik hield me bezig met eigenlijk niets. Gewoon op het gemakje
zitten en wat foto's nemen voordat we zouden vertrekken.
Enkele foto's van de ochtendwandeling.
De 'straten' in het dorp.
Vele bootjes op het strand want de bevolking leeft vooral van visvangst.
Op het strand bouwde het WWF een hutje waar je alle uitleg over de verschillende soorten zeeschildpadden kan bekijken.
2 zeeschildpadden nagemaakt zodat je er langs kon gaan staan en kon vergelijken hoe groot ze wel niet waren.
De plaatselijke bevolking begon wakker te worden en maakten hun boten klaar voor de visvangst.
Op het eiland zaten er veel gieren. Dit zijn roofvogels. Ze zaten hoog in de bomen met hun vleugels open. Dit deden ze om hun vleugels te laten drogen.
Mango's in de bomen. Fruit in overvloed.
Eventjes de vleugels laten drogen.
Genieten van de laatste momenten in het dorpje.
Een bekende vogel met een gele buik, witte keel en veel bruin aan de bovenzijde. Hij heeft een witte band om zijn hoofd, die begint bij zijn stevige snavel. Op opvallende plekken, zoals op telefoondraden of op een dak zie je hem midden in de hitte van de dag zich druk maken en aldoor zijn naam roepen. Andere vogels zijn rond die tijd meestal stil. Nesten maken ze ook al op een opvallende plek van delen van planten, vaak zie je hooi erin. De grietjebie verdedigt zijn nest fel, maar ook al heeft hij geen nest dan nog is hij agressief tegen andere vogels. Ze eten van alles, insecten maar ook bloemen en vruchten uit de tuinen. Het is waarschijnlijk de meest bekende vogel in Suriname. Handig dat hij zijn eigen naam roept!
Nog even kijken naar het prachtige eiland. Zo mooi!
Het zonnetje scheen, de temperatuur begon weer te stijgen... Dat maakt het eiland een echt plaatje om naar te kijken.
Het plan was om rond 11.00u te vertrekken, maar dat is
uiteindelijk niet gelukt. Het werd 12.30u toen de boot werd ingeladen. Dat
moment hebben we nog hard moeten lachen want Eduardo maakte een mooie val,
recht in het water, langs de boot. Nog enkele mooie foto's van de kustlijn en
daar vertrokken we weer... Weg van het prachtige Galibi en richting Frans
Guyana.
Goed insmeren tegen de zon en we konden vertrekken.
De boot zat vast in het zand. De mannen, die in de buurt waren, hielpen de boot in het water te duwen.
Genieten van het zonnetje in de boot :)
De natuur langs de rivier ziet er mooi groen uit. Af en toe kon je de vogels vanuit de bomen horen en we zagen zelfs een luiaard die hoog in de bomen aan het slapen was! Hij had zich opgerold in een bolletje. De gidsen hadden hem gezien. Van veraf leek het net een nes hoog in een boom.
In St. Laurent (Frans Guyana) meerde de boot aan voor een bezoek
aan de lokale markt en een oude gevangenis. St. Laurent wordt ook wel Petit
Paris genoemd vanwege de koloniale bouwstijl. Toen ik door de straten wandelde
merkte ik onmiddellijk op dat dit helemaal anders is dan Suriname. Er ligt
weinig tot geen afval in de straten en de meeste huizen zien er niet zo armzalig
uit.
De multiculturele markt is een markt waar veel Surinaamse
kooplieden hun waren verkopen. Het is een Franse markt met Surinaamse waren. De
zaterdagochtendmarkt, in St. Laurent, het grensdorpje aan de Franse kant van de
Marowijnerivier, gonst van bedrijvigheid. De kraampjes vormen met hun
kleurrijke parasols een gezamenlijk dak boven het marktpleintje. De kraampjes
liggen volgestapeld met bakoven (banaan), kouseband en andere groenten- en
fruitsoorten. De markt in Fr. Guyana wordt dus grotendeels bevolkt door
Surinamers. Rond 13.00u wordt de markt geleidelijk aan afgebroken. De grond
ligt vol platgetrapte bladeren, lege blikjes en kapotte bananen. Losse planken
worden in busjes gedragen en de bevolking probeert van hun laatste koopwaren af
te komen. Wat over is, nemen ze terug mee naar huis. Dit proberen ze de
volgende woensdag nog een keer te verkopen.
Aan groenten en fruit geen gebrek!
Het resultaat na een dagje markt.
Ik begaf me even naar de plaatselijke school om enkele foto's te maken.
St. Laurent is vooral bekend geworden door de verfilming van
het boek Papillon. De stad telt zo'n 20.00o inwoners en ligt 260km van de
hoofdstaf Cayenne verwijdert. De bagno (de gevangenis) is bewaard gebleven.
Papillon, een man die naar eigen zeggen onterecht veroordeeld werd voor moord
door valse getuigenissen, krijgt een levenslange gevangenisstraf in deze
gevangenis. Hij was vastberaden te ontsnappen, maar zijn eerste pogingen
mislukten. Hij trachtte uiteindelijke negen keer te ontsnappen waarbij de
laatste poging slaagde. Hij ontsnapte op een zak kokosnoten.
De film die in
1973 in premiere ging, is op deze locatie gemaakt. Hiervoor werd een groot deel
van de gevangenis voldoende opgeknapt om de gelijkenis met de gevangenis uit
Papillon's tijd zo groot mogelijk te maken. De gevangenis is nu een museum waar
je onder begeleiding van een gids de barre omstandigheden, waaronder de
gevangenen moesten leven, krijgt te zien en te horen. Je ziet de appèlplaats
waar de gevangenissen uren moesten staan in de zon en je kan ook bezoek brengen
aan de krappe isolatiecel.
De strafinrichting is de hoofdvestiging in de
kolonie en diende als doorgangskamp voor de overige dwangarbeiderskampen in het
binnenlandse regenwoud. In St. Laurent verbleven de veroordelen meestal slechts
een bepaalde tijd, waarna zij in groepen werden ingedeeld en uiteindelijk naar
een van de kampen werden overgeplaatst. De hele strafverdeling was ingesteld op
STRAF. Het ging over veroordeelde criminelen die het verdienden om zwaar
gestraft te worden. Alles werd de gevangen zo onaangenaam mogelijk gemaakt.
Iets wat in het warme en vochtige klimaat snel werd bereikt.
Overdag werkten de gevangenen in de nabijgelegen jungle om
paden te maken, hout te kappen, wegen aan te leggen enzovoort. Soms moest men
10 km lopen met een ijzeren kar waarop materialen werden gevoerd. Vervolgens
werkten ze 10-12 uur om zware arbeid te verrichten. Vele gevangen overleefde de
zware arbeid, de ondervoeding en de in het gebied voorkomende tropische ziekte
niet. 's Avonds moesten de mannen naast elkaar op betonnen banken liggen waarna
hun enkels met ijzeren boeien aan banken en de muur werden vastgeketend. Omdraaien
ging dus niet. Daarna werden de ontluchtingsluiken gesloten. Velen kwamen na
afloop van hun straf geestelijk gebroken uit de cellen tevoorschijn.
Wanneer de gevangenisstraf uitgezeten was, werd de gevangene
vrijgelaten, maar mocht hij de kolonie nog 10 jaar niet verlaten. Hij moest
verder zelf maar zien hoe hij aan werk, onderdak, kleding en voedsel kwam. In
feite kwamen er vrijwel geen gevangenen van Frans Guyana ooit terug in
Frankrijk.
De binnenplaats (appèlplein).
De gids voorzag ons van de nodige uitleg.
Cuisine ( de oude keuken)
Uitlegbord over het transport van de gevangenen.
Aan de ijzeren boven en staven werden de gevangenen vastgemaakt.
Na het bezoek aan de markt en de gevangenis, kregen we weer een lekkere maaltijd: bami, kip en kouseband. Toen ik terug krachten had opgedaan vertrokken we, te voet en samen met de gids richting de douane om ons paspoort terug te laten afstempelen. We namen daarna weer een boot die ons terugbracht naar de rest van de groep in Albina. Daar moesten we ons paspoort nog eens laten stempelen omdat we Suriname terug binnenkwamen. Wat een gedoe! Het zonnige weer was weer voorbij en het begon terug te regenen. De rit terug naar huis was ijzig koud door de airco, maar we zijn heelhuids terug geraakt en hebben er weer een super toffe ervaring opzitten!
Rust- en winkeldag.
We deden inkopen in een grote supermarkt.
We zorgden ervoor dat we een hele kar vol hadden zodat we nog een maand zouden toekomen.
Gelukkig waren we met de taxi want onze kar zat van boven tot onder vol! :)
Ik hoop dat jullie genoten hebben van deze blog!
Galibi was een spannende en mooie uitstap. Ik had nooit gedacht dat ik het broedproces van een zeeschildpad van zo dichtbij zou kunnen meemaken! Ik hoop dat jullie een beetje hebben kunnen meegenieten door mijn blog te lezen! :)
xCharlottex
Geen opmerkingen:
Een reactie posten